Mear oer Romke as Piraat
************************
RAADSLID VOELT ZICH EEN GEBOREN PIRAAT
Voor de FNP zit hij in de raad van Nijefurd.
Maar Romke Kroondijk luistert liever naar het Friese lied.
De oude radiopiraat heeft tegenwoordig een legaal programma
op de lokale omroep in Nijefurd. Als het moet,
kan hij zo weer ondergronds. Hij heeft een beetje het
gezicht van een jarenvijftig cowboy van het witte doek,
een kin met een putje, ogen die zich niet meer laten verrassen.
Romke Kroondijk is zestig jaar, maar veel dorpelingen in Koudum
schatten hem op vijftig. Het is dat zwarte haar,
er wil nauwelijks grijs in komen. Misschien heeft het te
maken met het Friese lied, die vrolijke viool.
In het begin van de jaren zeventig veranderde alles
voor Kroondijk. "Ik hoorde een piraat op de radio.
Station Victoria uit Sneek. Geen harde pop uit
Hilversum, daar zette ik mijzelf tegen af.
Dit was anders, dit was Friese muziek."
Het bloed stroomde sneller, je eigen deuntjes op de radio,
dat was nieuw. Hij wilde ook de lucht in en kocht
voor f17,50 een illegale zender. Het signaal kwam
niet verder dan de voordeur van de boerderij.
"Maar ik was de eerste piraat in Koudum."
De zender werd aangesloten op een cassetterecorder.
Om in de trekker te kunnen luisteren, frommelde hij een
antenne in elkaar. Toen werd het bereik groter.
Het Friese lied schalde over de koeienruggen,
maar ook Hollands was welkom, ook die taal werd
in Hilversum onderdrukt." Dat geeft een band”, ja.
Ik zie weinig verschil in het belang van beide talen.
Op een dag hoorde hij de mensen in het dorp praten.
Over een piraat, met Friese muziek, die in Koudum
moest zitten. "Ze hadden het over mij. Dat was interessant,
Toen heb ik een microfoon gekocht, en begon ik er bij te
praten”. De negen Volts batterij werd vervangen door een
accu van twaalf Volt. Er kwam een sterke zender, Kroondijk
werd volbloed piraat, en noemde zich “De Hofkesjonger”.
Tegelijkertijd was hij namens de FNP raadslid. Hij lacht
"En de burgemeester wist nergens van".
De schare luisteraars groeide. Elke zondagmiddag stonden
de radio's uitdagend op de terrassen. Een teken aan de
passerende agenten dat de opmars van het Friese lied was
begonnen. Maar met dergelijke provocaties is het uitkijken.
Dat zenden op de FM-band bleef illegaal, ooit moest de
sirene gaan loeien. Veertien dagen nadat hij als raadslid
was gestopt, wel erg toevallig, stonden er zes agenten
voor zijn deur. Ze wouden de zender.
Ik zei: "Het kan wel wachten. Ik moet eerst het melken
afmaken, nog 20 van de 60 koeien in de visgraatmelkstal".
Een half uur duurde het. Toen gaf Kroondijk de agenten
z'n zender mee. Natuurlijk niet de echte, maar de eerste,
gekocht voor f17,50. Een waardeloos ding eigenlijk.
Dat was een mooie truc.
Met z'n sterkere zender keerde hij terug, onder de naam
“Frisiana”. Een piraat is niet te stoppen, of zoals Kroondijk
het zegt; "Voor je hobby moet je contributie betalen."
Naast het uitzenden was hij actief met het verzamelen van
Friese liedjes. Stad en dorp reisde hij af op zoek naar talent, om
alles op te nemen met een cassetterecorder en twee microfoons.
Op een dag was hij in De Treemter in Balk, en zag een jongen
op het podium die feestvierde met een gitaar.
"Hoe die het publiek bespeelde; Machtig".
Ik zei: "kan ik dat opnemen?" De jongeman voelde er wel voor.
In z’n eigen sporthal (inmiddels boer af geworden), in Koudum
met wat enthousiaste vrienden, werd het allemaal geregeld.
Dat waren waarschijnlijk de eerste live-opnamen van
Doede Bleeker, de troubadour van Stavoren.
Jammer genoeg raakte Kroondijk het bandje kwijt.
"Er kwam een lp uit. Toen dacht ik: "dan heb ik niks meer
aan dat bandje. " Sinds 1985 is Kroondijk nauwelijks nog
in de lucht als etherpiraat. Hij heeft een programma bij
de lokale omroep Nijefurd RTN, waar hij bijzondere
nummers laat horen. Thuis staat een kast vol.
Van een oude man die het Fries meer prevelt dan zingt,
onbekende groepen, Rients en Betty uit Workum,
of een nummer van de jonge Anneke Douma, Nederlandstalig;
"Ik ga naar de jodelschool, in het hartje van Tirol".
Kroondijk loopt naar boven. In een klein kamertje staat
de illegale zender. Een koperen bakje met electronica.
Nog een keer gaat de microfoon open.
"Een hele goede middag, jullie zullen wel een beroerte
kunnen krijgen, maar het is Frisiana die in de lucht is."
Er staat een plaat op die hij zelf vol zong.
Het Frisianalied, van het Koudumer piraatje.
Hij zingt zachtjes mee. "Mooi, he?"
Dan is het raadslidschap wel wat anders.
Binnenkort is er een vergadering van plaatselijk belang,
op de avond dat hij moet uitzenden Notabene.
Dat mag niet te vaak gebeuren. Hij zucht een beetje.
"Ik wil dit niet kwijt, nee? Ik wil dit niet kwijt."
BAS SLEEUWENHOEK (de Friese tekst vertaalt in het Nederlands )( November 1998)